Wijzigingswet Wet op de rechterlijke organisatie, enz. (invoering functie van officier enkelvoudige zittingen)
Wet van 18 oktober 2001 tot wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren in verband met de invoering van de functie van officier enkelvoudige zittingen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om binnen het openbaar ministerie de functie van officier enkelvoudige zittingen in te voeren en daartoe de Wet op de rechterlijke organisatie en de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren te wijzigen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Artikel I
[Wijzigt de Wet op de rechterlijke organisatie.]
Artikel II
[Wijzigt de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren.]
Artikel III
Op de plaatsvervangende officieren enkelvoudige zittingen en de officieren enkelvoudige zittingen die als zodanig zijn benoemd vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet is met ingang van de datum van benoeming het recht van toepassing zoals dit ingevolge deze wet geldt.
Artikel IV
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te 's-Gravenhage, 18 oktober 2001
Beatrix
De Minister van Justitie, A. H. Korthals
Uitgegeven de dertigste oktober 2001
De Minister van Justitie,
a
H. Korthals